Samenwerken tegen kinderarbeid

Veel kinderarbeid bij cacaoteelt
Cacao is het basisproduct voor onze chocolade. Ivoorkust is de grootste producent van cacaobonen ter wereld, daarna komt buurland Ghana.
Cacao is heel belangrijk voor de Ghanese economie en levert inkomen op voor ongeveer 6 miljoen mensen. Tegelijkertijd zijn er nog steeds bijna 1,6 miljoen kinderen illegaal aan het werk op cacaoplantages in Ghana en Ivoorkust. Illegaal, want wettelijk is ook in deze landen kinderarbeid verboden. Maar de praktijk is anders.
De belangrijkste oorzaak van kinderarbeid is armoede. Alle ouders willen graag dat hun kinderen naar school gaan, maar cacaoboeren hebben vaak geen geld om volwassenen te betalen voor het werk. Daarom moeten de kinderen mee naar de plantage. En deze landen zijn te arm om zelf tegen kinderarbeid op te treden.

Hogere prijs en monitoring Fairtrade   
Om kinderarbeid bij de cacaoteelt aan te pakken werken de Fairtrade coöperaties Asunafo en Asetenapa, Tony’s Chocolonely’s, ICI (een internationale organisatie tegen kinderarbeid) en Fairtrade Africa intensief samen. Zij doen dat in 36 cacaogemeenschappen met meer dan 12.000 kinderen in de districten Asunafo Noord, Suhum en Ayensuano in Ghana.
Om armoede als belangrijkste oorzaak van kinderarbeid aan te pakken betaalt Tony’s Chocolonely naast de Fairtrade minimumprijs en premie nog een extra bedrag om te komen tot de zo genoemde Leefbaar Inkomen Referentie Prijs. Ook betaalt Tony’s mee aan het monitoringsysteem om kinderarbeid te voorkomen en betalen ze kosten die nodig zijn om kinderen uit een kinderarbeid situatie te halen en naar school te laten gaan.  

Voortzetting samenwerking
Het huidige programma dat loopt van 2023-2025 is een voortzetting van een driejarig programma waarin alle partners ook al samenwerkten.
In de voorgaande drie jaar werd een systeem opgezet om de gevallen van illegale kinderarbeid vast te stellen.  Vervolgens kregen de betreffende kinderen en hun ouders ondersteuning zodat de kinderen weer naar school kunnen. Deze ondersteuning en bewustwording zijn belangrijk om herhaling te voorkomen. Er werden bijvoorbeeld geboortebewijzen verstrekt die nodig zijn voor inschrijving op school. Ook ontvingen kinderen die ver van school wonen fietsen zodat ze naar school kunnen.  

“Child Protection Committees”
In de plaatselijke gemeenschappen zijn met behulp van Fairtrade comite’s opgericht opgericht waarin vertegenwoordigers van de gemeenschap zitten. Zij werken samen met lokale overheidsorganisaties zoals Social Welfare die zich met het welzijn van kinderen bezighouden.   
“De samenwerking met Fairtrade en ICI is heel waardevol voor een brede aanpak van kinderrechten in de gemeenschappen waar we de cacao kopen”, zegt Julie McBride, verantwoordelijk voor kinderrechten bij Tony’s Chocolonely. Julie bedankt in het bijzonder Fairtrade cacaocoöperaties Asunafo en Asetenapa voor de successen. “Zonder hun toewijding en enthousiasme zou het project niet mogelijk zijn”, zegt ze. 

Resultaten eerste fase
De Coöperaties Asunafo en Asetnepa geven aan dat als gevolg van de eerste fase van het project er meer bewustwording is over kinderarbeid en kinderrechten. Er zijn  meer kinderen ingeschreven op school en er is een betere aanwezigheid van de  leerlingen op school. Meer kinderen op school betekent minder kinderen aan het werk. Verder is de samenwerking sterk verbeterd tussen coöperaties en lokale overheidsorganisaties zoals Social Welfare.  

Dit artikel is gebaseerd op gegevens van Fairtrade Nederland.

Scroll naar boven